Een goede week geleden hebben we met de gebiedsregisseur Ivonne de Nood van gedachten gewisseld over de aanleg en het ontwerp van de kavelweg. Aanleiding was dat de Oosterwold organisatie in onze wijk een rechthoekige kavel had uitgegeven, en wij maken ons als Vereniging van de Frederik van Eedenweg zorgen over de toegankelijkheid van de kavelweg als er haakse bochten in komen.
De uitkomst van dat overleg was, dat de gebiedsregisseur maximale vrijheid wil gunnen aan de initiatiefnemer. En dat zij daarom niet van tevoren met het bestuur van de Vereniging van de kavelweg afspraken wil maken aan welke eisen het tracé van de weg moet voldoen.
Op zich is er iets voor te voelen, dat een nieuwe initiatiefnemer zich in de keuze van een kavel niet belemmerd voelt door ideeën of wensen vanuit een Vereniging waarbij diegene zich nog niet heeft aangesloten. Maar de keerzijde is, dat diezelfde initiatiefnemer, zodra hij/zij zich aansluit binnen een wijk gebonden voelt aan de wensen van nieuwe initiatiefnemers, terwijl iedereen zich wel verantwoordelijk voelt, zowel voor de kwaliteit en toegankelijkheid van de weg, als voor de financiële consequenties.
Het probleem dat wij voorzien heeft vooral te maken met de aanleg van een kavelweg met een rechte hoek erin. De gebiedsregisseur vindt dat zij een kavelweg met een rechte hoek kan uitgeven. Initiatiefnemers en Verenigingen moeten dan maar zelf uitzoeken hoe ze die hoek omkomen.
Het lijkt erop dat er in de Oosterwold organisatie niet is nagedacht over de eisen die lange vrachtwagens stellen aan bochten. En het is vervelend als Verenigingen tegen initiatiefnemers aan een kruising of bocht moeten gaan vertellen, dat de weg anders moet liggen dan in het initiatief, het plan bij de Anterieure Overeenkomst, of zelfs in de Vergunning is vastgelegd. Dat is met name vervelend voor mensen die in de toekomst aan de binnenbocht hun kavel kiezen. Ik hoop toch niet dat ik eens aan een initiatiefnemer moet vragen om onvoorbereid een tiental meters extra verharding aan te leggen, omdat de kavelweg met een rechte hoek niet berijdbaar is.
Het probleem kan het beste worden toegelicht met een voorbeeld. Stel je legt een haakse hoek of kruising aan met rechte wegen. Als je de regels van Oosterwold aanhoudt, dan legt iedere initiatiefnemer 2,75 meter verharding aan. Dat leidt tot een kruising met rechte hoeken. In verkeerskundige termen heet dat een bochtstraal van 0. Er is immers geen bocht, maar alleen rechte hoeken, en met de standaardbreedte van 2,75 meter ontstaat aan de rand van de weg ook een haakse hoek.
0p het internet vind ik een inzichtelijke bron over de ruimte die vrachtwagens nodig hebben om een bocht te draaien. https://berkela.home.xs4all.nl/cad%20vervoer/cad%20vervoer%20draaicirkels.html#draaicirkels.
Hieruit blijkt dat een Brandweerauto (straal van 8 meter) een aanzienlijk kleinere draaicirkel heeft dan een vuilniswagen (straal van bijna 10 meter) en die nog weer korter dan een dubbelassige vrachtwagen (straal van 12 meter). (Een draaicirkel is twee keer zo groot als de draaistraal.)
Als je in Oosterwold uitgaat van een weg van 5,5 meter breed en je accepteert dat een vrachtwagen niet op zijn eigen weghelft hoeft te blijven, maar helemaal de buitenbocht mag nemen om de bocht te halen, dan kan je beredeneren dat een vrachtwagen met een draaistraal van 12 meter een bocht alleen kan nemen, als de binnenbocht een straal heeft van tenminste 12 meter minus de wegbreedte. Dat zou dus een minimale bochtstraal van 6,5 meter zijn.
Hoeveel verharding kost deze bocht? Een kleine rekenexercitie: De oppervlakte van een bochtstraal kan berekend worden als het verschil tussen de kwartcirkel van de bocht en het vierkant waarin deze kwartcirkel past. Het oppervlak van een cirkel van 6,5 meter is 132,73 m2. Een kwart van die cirkel is dus 33,18 m2. Een rechthoek van 6,5 x 6,5 meter heeft een oppervlakte van 42,5 m2. Het verschil tussen 42,5 en 33,18 is 9,32 m2.
Wat betekent dit voor een initiatiefnemer die een kavel met aan twee zijden een weg heeft?
Om ervoor te zorgen dat vrachtwagens kunnen rijden, moet de initiatiefnemer een binnenbocht aanleggen die minimaal een bochtstraal van 6,5 meter heeft. Daarvoor moet die initiatiefnemer dus ruim 9 vierkante meter extra verharde weg aanleggen. Als deze initiatiefnemer al een kavelweg aan twee zijden van zijn kavel heeft, met dus verhoudingsgewijs veel verharding, dan zal diegene niet blij zijn met de opdracht (van de Vereniging) om een bocht met ruim 9 vierkante meter meer verharding aan te leggen.
Deze berekening gaat nog uit van het geval dat de kavelweg direct aan beide zijden kan worden aangelegd. Als één zijde voor loopt en er dus maar een halve weg kan worden aangelegd, wordt het probleem met draaicirkels alleen maar groter. Bij een weg van 3 meter vereist een draaicirkel van 12 meter een bochtstraal van 9 meter. En op een weg van 3 meter kan een vrachtwagen van 2,5 meter breed nauwelijks heen en weer steken.
Deze uiteenzetting (met excuses voor de technische details) laat zich samenvatten tot een kernvraag: wie is verantwoordelijk voor de verkeerskundige berijdbaarheid van de kavelweg? Gebiedsregisseur Ivonne de Nood geeft aan dat de initiatiefnemers en de kavelvereniging verantwoordelijk zijn, maar dat zij als gebiedsregisseur de vrijheid neemt om kavelwegen met rechte hoeken uit te geven. Staan die twee zaken niet op gespannen voet met elkaar? Dat lijkt mij in ieder geval erg kort door de bocht.
Voor nieuwe initiatieven willen wij vanuit de Vereniging Frederik van Eedenweg een paar adviezen meegeven:
1: Houd rekening met naburige kavels en het tracé van de kavelweg voor en na je eigen kavel.
2: Zorg dat het mogelijk is om bochten in de kavelweg aan te leggen met minimaal een bochtstraal van 6,5 meter (binnenbocht verharding). Of dat nu geldt voor je eigen kavel of die van je buren (of wat de vorm van jouw kavel overlaat aan jouw buren).
3: Als je een kavel verwerft met aan twee zijden een weg, is het veel logischer om de kavel af te ronden conform het verloop van de bocht. Als je uitgaat van een minimale bochtstraal van 6,5 meter, en de kavelweg loopt voor de helft op jouw kavel, dan krijgt de kavel een bochtstraal van minimaal 9,25 meter.
4: Zoek contact met mede-initiatiefnemers, via de gebiedsregisseur en/of de Vereniging van de kavelweg. De gebiedsregisseur gaat meestal akkoord met wijzigingen als alle betrokken buren gezamenlijk een voorstel indienen.
Hopelijk komt er een mooie lusvormige weg door onze wijk te lopen, die aan alle initiatiefnemers de ruimte biedt om een kavel naar eigen wensen vorm te geven, EN het benodigde verkeer gelegenheid biedt alle kavels te bereiken.
PS: De twee foto's zijn geleend van VastGereden.nl Een aanrader om inspiratie op te doen, hoe je een mooie weg aanlegt.