De houtwal aan de zuidzijde van het landschap zal bij de eerste begroeiing van het landschap gaan behoren. Ze creëert op het land de eerste schaduw en creëert een veilige route om te lopen voor mens en dier.
De houtwal zal worden begroeid met de meest voorkomende, veelal inheemse gewassen in een houtwal als tamme kastanje, hazelaar (de vrucht heet hazelnoot), eenstijlige meidoorn (hazen en konijnen schijnen wel eens aan meidoorn te knagen), mispel, gewone vlier, brem of geitenklaver, sleedoorn, gewone braam, kardinaalsmuts, kornoelje en vuilboom. Door het toevoegen van klimop, kamperfoelie, klimroos en vlierbes wordt de houtwal steviger en minder doordringbaar. Ze is een veilige schuilplaats voor kleinere dieren en vogels. Planten die vruchten of noten dragen, zaaien zich gemakkelijk uit en vormen een voedselbron voor allerlei dieren.
Het wandelpad in de houtwal wordt een heerlijk beschut pad om te wandelen. Buren kunnen op dit pad makkelijk aanhaken. Hiervoor maken we afspraken op het moment dat buren bekend zijn.